10 november 2012

Sint Maarten – eerlijk delen

Terwijl Nederland zich het hoofd breekt over de kabinetsplannen, wat er wordt bedoeld met ‘eerlijk delen’ en ten koste waarvan het ‘eerlijk delen’ voor onszelf mag gaan, promoot snoepfabrikant Haribo het Sint Maarten-feest. Toepasselijk, want als er iemand is die begreep wat ‘eerlijk delen’ betekende, dan was het Sint Maarten wel.

Op Wikipedia kunnen we lezen dat Maarten van Tours rond 316 werd geboren in Savaria, Hongarije, als zoon van Romeinse ouders. Op jonge leeftijd werd hij soldaat en als vijftienjarige trok hij naar Gallië. Bij een stadspoort van Amiens ontmoette hij een bedelaar, aan wie hij de helft van zijn mantel gaf. Omdat de ene helft van de mantel eigendom was van Rome, kon hij slechts zijn eigen helft weggeven.

Lampion en echte kaarsjes
Morgen is het weer zover. In een groot deel van Nederland gaan kinderen met hun lampionnen langs de huizen om liedjes te zingen over de bisschop en in ruil daarvoor snoep te ontvangen. Zelf heb ik hele goede herinneringen aan de ’11 novembers’ die ik als kind heb meegemaakt. Het begon met het in elkaar knutselen van de mooiste lampionnen, de ene keer in de vorm van een koe, de andere keer een paddenstoel met raampjes, dan weer was het een bloem, een uil of een vlinder.

Op de avond zelf was er de opwinding van de échte kaarsjes die we met kaarsvet in de lampion plakten. En van de ongelukjes die daar onderweg ook wel eens mee gebeurden: er is wel eens een papieren kunstwerkje vakkundig afgebrand!

En dan naar buiten, waar het donker en vaak guur en soms regenachtig was. Het zingen van de liedjes vonden wij geen noodzakelijk kwaad, zoals het tegenwoordig vaak wel lijkt. Wij maakten ons er niet vanaf met honderd keer ‘Sint Maarten, Sint Maarten, de koeien hebben staarten’. We hadden een relatief groot repertoire, omdat we het feest in de loop van de jaren in Drenthe, Groningen en Friesland meemaakten. Dus we wisselden ‘Elf november is de dag’ af met het Groningse ‘Sint Martinus bisschop mit zien hoge houd op, mit zien laange slipjas aan, doar komt Sint Martinus aan’. En op verzoek zongen we ook nog wel eens een extra liedje: ‘Sint Maarten was een brave man … De líchtjes omhoog en dan hoezee ...’. Mijn favoriet. Bij huizen waar het donker was, zongen we naar de vermeende gierigaard: ‘Hier woont juffrouw kikkerbil, die ons niets meer geven wil’.

De avond eindigde met de grote berg snoep op tafel die we met ons achten bij elkaar hadden gezongen. Samen telden we hoeveel zuurstokken, lollies (van die witte met een paar gekleurde streepjes erin), doosjes smarties, mandarijnen (pfff!), taaipoppen en stuivers we hadden verzameld. Mijn vader of moeder schreef alles op. Nadat we allemaal het nodige lekkers achter de kiezen hadden, ging het overige snoep in een trommel. Op basis van ‘eerlijk delen’ kregen we de volgende weken elke middag een snoepje bij de thee. Zo konden we nog lang nagenieten.

Cultuur
Het is jammer als zulke prachtige Nederlandse feesten verdwijnen, of nog erger: worden ingeruild voor tradities uit Amerika. Gelukkig zijn er bij ons nog nooit kinderen op Halloween langsgekomen – en we hebben dan trouwens ook geen snoep op voorraad, hooguit een mandarijn (net goed!). Maar van een vriendin hoorde ik al eens dat bij haar in de flat werd geïnventariseerd welke bewoners met Sint Maarten, welke met Halloween en welke met (geen van) beide feesten benaderd konden worden. Dat is toch jammer? Prima als we nieuwe feesten aan onze cultuur toevoegen (dáár gaat het mij niet om), maar we hébben al een snoep-ophalen-langs-de-deuren-feest dus we hebben Halloween niet nodig. Net zo min als we de kerstman nodig hebben, aangezien Sinterklaas ons al eeuwenlang trouw bezoekt. Goede actie dus van Haribo om Sint Maarten op de landelijke tv te promoten! Om een kleine bijdrage te leveren aan hun advertentiekosten, heb ik besloten dit jaar Haribo-snoep in te slaan voor de zingende kinderen. Dat is dan ook weer een beetje ‘eerlijk delen’. De líchtjes omhoog en dan hoezee …

7 november 2012

History in the making


Er is iets opwindends aan het zien schrijven van geschiedenis. Het gevoel: ik ben erbij! Vanmorgen zat ik om half vijf voor de tv om de uitslag van de Amerikaanse presidentsverkiezingen te volgen. Het liefst had ik de hele nacht voor de buis gezeten, maar helaas voel ik me dagenlang een wrak als ik een nacht slaap oversla, dus dat leek me toch niet zo verstandig. Maar toen ik vanmorgen in alle vroegte wakker werd, bedacht ik me geen moment: ik sprong uit bed en zat een paar minuten later met een pot thee op de bank. En ik stopte pas met kijken nadat ik om acht uur de toespraak van Obama had gehoord. Er werd geschiedenis geschreven en ik zag het gebeuren.

Gek genoeg hangt de kick van ‘history in the making’ voor mij niet per se samen met mijn persoonlijke overtuiging en wereldbeeld. Het hoeft geen goed of leuk nieuws te zijn waar ik getuige van ben om toch de bijzonderheid te ervaren. Als Romney had gewonnen, had ik niet voor niets gekeken. Nieuws puur als nieuws.

Bombardementen
Ik herinner me dat ik in januari 1991 ’s nachts met mijn vader CNN zat te kijken en er getuige van was dat de eerste bommen op Irak werden gegooid. Donkere beelden en een lucht vol ‘vuurwerk’: de bombardementen van de Amerikanen en het afweergeschut vanuit Bagdad. Heftig, een oorlog die begint. Maar mijn gevoel was vooral: ik ben erbij! Ik was toen vijftien, dus het zat er al best jong in.

Acht jaar later werkte ik op de binnen/buitenlandredactie van de Zwolse Courant. Dag en nacht kwam daar het nieuws van over de hele wereld via de persbureaus onmiddellijk binnen. Soms in eerste instantie alleen één regel ‘breaking news’. Zoals toen de NAVO-luchtaanvallen in het toenmalige Joegoslavië waren begonnen. Ik zag de regel op mijn scherm binnenkomen en dacht: ik ben een van de eersten die het weet! Het is sindsdien nog regelmatig voorgekomen, dat ik bij grote nieuwsgebeurtenissen dacht: zat ik nog maar op die redactie, bovenop het nieuws.

11 september
Vaak hoor je de vraag ‘waar was jij toen de vliegtuigen in het WTC vlogen’? Hoewel een aantal van mijn nieuwsherinneringen wel gekoppeld zijn aan mijn eigen situatie toen het zich afspeelde, lijkt die situatie voor mijn nieuwsbeleving niet echt relevant. Eigenlijk is het juist zo raar dat hoe indrukwekkend het nieuws ook is, het meestal totaal los staat van mijn eigen werkelijkheid. Ondanks dat de hele wereld op de kop stond na de aanslagen, hadden Evert en ik op 11 september 2001 ’s middags gewoon een afspraak met een makelaar, omdat we wilden trouwen en een huis kopen. (Overigens had ik natuurlijk graag die hele dag het nieuws willen volgen. Juist rond 9/11 kan ik er nog steeds niet bij dat die vliegtuigen écht in gebouwen vlogen. Elke keer als ik de beelden weer zie, lijkt het een film. Zoiets kan toch niet waar zijn?) En terwijl wij in 2004 de feestdagen bij mijn zwager vierden, werd Azië op tweede kerstdag getroffen door de vernietigende tsunami. Een paar uur later keken wij gezellig naar ‘The Grinch’, waarin een groen slachtoffer van pesten Kerst probeert te bederven in een wereld waar alle bewoners op rijm praten.

Zo wordt er af en toe nadrukkelijk een markeringspunt in de geschiedenis geslagen waar de wereld even bij stilstaat en die later in de geschiedenisboeken zal staan. Tegelijk gaat het ‘gewone’ leven ongehinderd door. Natuurlijk alleen zolang de oorlog, aanslag, natuurramp of presidentsverkiezing mijn directe leefomgeving niet raakt. Vandaag begon voor mij als een dag van ‘history in the making’: een nieuwe termijn voor Barack Obama en ik hoorde zijn oh zo Amerikaanse toespraak. Maar terwijl hij en zijn vrouw hun koffers weer aan het uitpakken zijn – ze hebben de nominatieronde overleefd en hoeven het Witte Huis tóch niet te verlaten – ga ik zo meteen boodschappen doen en rode kool koken. De mijlpaal is gepasseerd; nu gaan we over tot de orde van de dag.

Nieuwsitem RTL Nieuws over begin bombardementen Irak 1991
Nieuwsuitzending RTL4 tijdens aanslagen VS 2001

28 september 2012

Ons huis als afvalstation

Vandaag is het plastic afval weer opgehaald in onze straat. Dat gebeurt sinds begin 2011 eens in de maand. Het is prima geregeld: je kunt online gratis plastic zakken bestellen die per post worden bezorgd. Vervolgens stop je al je broodzakken, tijdschriftomhulsels, shampooflesjes en ander plastic in de zak, zet hem op de aangegeven datum aan de weg en een grote vrachtwagen komt hem ’s ochtends al vroeg ophalen.

Vandaag was het dus weer zover. Maar … mijn plastic zak met plastic stond deze keer niet op de stoep (of eigenlijk, met het herfstige weer: waaide deze keer niet door de straat). Ik had de afgelopen maand het plastic afval namelijk niet apart verzameld, maar gewoon bij het restafval weggegooid. Het is niet dat ik totaal niet ‘groen’ ben hoor. Ik ben me ervan bewust dat we met z’n allen – en ik dus ook, want een beter milieu begint bij jezelf – een verantwoordelijkheid hebben om de aarde een beetje leefbaar te houden. Of met Bijbelse woorden: voor de schepping te zorgen. Ik ga dus op de fiets naar het werk, heb een nee-nee-sticker op de brievenbus en kijk de laatste jaren ook steeds vaker of de groente die ik koop niet van heel ver weg heeft moeten komen.

Plichtsgetrouw het afval scheiden hoort hier ook bij, maar ik moet bekennen dat ik gewoon even een beetje afval-scheiden-moe ben. Op zich is het een kleine moeite om je troep even in de juiste bak, zak of doos te stoppen. Het probleem zit hem vooral in de ruimte die dat allemaal inneemt. Het lijkt in en om het huis zo langzamerhand wel een afvalstation.

Vroeger en nu
Ik herinner me dat we in mijn jeugd een gewone afvalbak hadden met een vuilniszak erin. De vuilniszak ging zonder container gewoon aan de weg. Verder spaarden we volgens mij alleen het oud papier op voor de kerk. Waarschijnlijk was het statiegeld op flessen ook al wel uitgevonden (dat lees ik tenminste op Wikipedia), maar aangezien we niet vaak frisdrank dronken, waren er weinig of geen flessen om op te sparen. En glazen melkflessen waren inmiddels al vervangen door kartonnen pakken.

Tegenwoordig hebben we de gewone vuilnisbak in de keuken, met daarnaast de zak voor plastic en erachter een boodschappentas met lege flessen. In een hoekje bij de achterdeur sparen we glas en naast de magnetron staat een soepkom met lege batterijen. Onder de trap vind je een doos voor het oud papier dat elke twee weken wordt opgehaald. Dan herbergt de tuin nog de grijze rolcontainer voor het restafval en de groene voor de aardappelschillen, gesnoeide takken en andere biologisch afbreekbare rommel. O ja, en als er een apparaat moet worden vervangen, staat het oude exemplaar in de schuur tot we het op een zaterdag naar het grof vuil brengen.

Terwijl ik dit opsom, besef ik dat dit alles natuurlijk vooral iets zegt over de omvang van onze afvalproductie: ons consumptiegedrag, het feit dát alles in verpakkingsmateriaal wordt aangeboden. Zou dat ook anders kunnen? Ik weet het niet. Zou ik er zelf iets aan kunnen doen om mijn aandeel in de afvalstroom te beperken? Misschien wel: toch eens over nadenken. En als het scheiden van afval helpt om er een betere wereld van te maken, dan is het natuurlijk wel de moeite waard. Maar nou ja, de afgelopen maand had ik er gewoon even geen zin in. Zo meteen zal ik maar weer even de plastic-zak naast de vuilnisbak leggen en snel het oud papier naar de hoek van de straat brengen, want dat wordt vanavond weer opgehaald.

26 september 2012

Dark Tide: geen verhaal en geen spanning


Wij hebben de film ‘Dark Tide’ gezien. Dark Tide valt in de categorie ‘dierenfilms’, zoals ik ze noem. Films waarin dieren de (onheilspellende) hoofdrol spelen, zoals Zuid-Amerikaanse spinnen, reusachtige waterslangen, genetisch gemanipuleerde mieren of – zoals in dit geval – mensenetende haaien. Dit soort films staan niet bekend om hun briljante of verrassende verhaallijn, maar voornamelijk om de spanning en de schrikeffecten. Als je dat maar weet, is het helemaal niet erg. Het probleem bij Dark Tide is echter dat de film én geen verhaal én geen greintje spanning heeft.

Zelf ben ik niet echt een kritische filmkijker. Als het ‘een leuke film’ is die goed afloopt, ben ik al snel tevreden. Evert is wel heel kritisch: losse eindjes, onlogische zaken, te veel clichés, gebrek aan verhaal … daar kan hij echt niet tegen. Maar Dark Tide vond zelfs ik een hele slechte film die ik niemand zou aanraden om te bekijken. Pure tijdsverspilling. Het is gewoon heel saai: men doet er bijna twee uur over om een heel dun en voorspelbaar verhaaltje te vertellen, er zijn welgeteld drie momenten waar de haaien slachtoffers maken en die slachtoffers zijn dan ook nog óf onbekenden van de kijker (dus het raakt je niet) of onsympathieke personen (waarvan je de hele film al hoopte en verwachte dat zij wel ‘naar de haaien’ zouden gaan). De tijd wordt voortdurend gerekt door ‘Discovery-achtige’ beelden van het zwemmen met haaien, maar dan niet met een ‘Discovery-achtige’ kwaliteit. Je verveelt je gewoon gruwelijk.

Leren communiceren
De enige reden om de film eventueel te bekijken, is om ervan te leren dat je moet communiceren als je wilt dat andere mensen je begrijpen. Halle Berry is namelijk in de film weggegaan bij haar man Jeff, nadat een vriend van hen beiden door een haai is verslonden. Jeff had geen schuld aan het ongeluk en het is niet duidelijk waarom zij hem dan heeft verlaten. Ook Jeff weet het niet, maar hij biedt zijn verontschuldigingen aan voor ‘wat hij dan ook gedaan mag hebben’. Haar tenenkrommend irritante reactie: ‘Als je dat niet weet, heeft het geen zin om er verder over te praten’. En daar blijft ze bij. En ze blijft dus boos. Zijn er écht vrouwen die zulke dingen zeggen? (Dit schijnt een beetje een vrouwendingetje te zijn: niets zeggen of dingen zeggen die je niet meent, en dan je man kwalijk nemen dat hij niet weet wat er in je omgaat.) Erg constructief is het in elk geval niet, want Jeff kan het juiste antwoord niet geven en ook de kijker weet aan het eind van de film nog steeds niet wat het probleem was. Onredelijk en onsympathiek, zo komt Halle, de ‘haaienfluisteraar’, over. Ik zou het niet erg hebben gevonden als zijzelf in de film door een haai aan haar eind was gekomen.

PS. Over 'vrouwen en communicatie': dat kun je ook veel vrolijker aan de kaak stellen, zoals cabaretier Roué Verveer laat zien in dit grappige filmpje.